Franse bijdrage

Pétain stond Haigs plannen in Vlaanderen allerminst in de weg. Integendeel. Hij werd een voorvechter van de Britse offensieve leer. Pétain beloofde zelfs het Eerste Franse Leger met zes divisies, ongeveer 90.000 man in totaal.
The French 3rd Infantry Regiment resting in a field by the roadside on their way to the line Near Houthem 10th September 1917 IWM Q 2985 © Nationaal Archief
Zuid-Franse poilus van het 3e régiment d’infanterie van de 29e division d’infanterie gaan de lijn in, 11 september 1917.

'Poilus flamands'

Het Eerste Leger zou zich bij de opmars ten noorden van Ieper aansluiten. Hiermee ging Pétain in tegen zijn eigen defensieve doctrine. Maar een grootschalige militaire operatie buiten Frankrijk kon de druk van zijn weifelende troepen halen. Pétain wilde vooral de schijn ophouden tegenover de bondgenoten. De zes ingezette divisies waren zorgvuldig gekozen en stonden niet bepaald model voor het toen heersende Franse militaire moreel.

De 29e en 133e divisions d'infanterie waren fris. Ze waren al sinds begin 1917 in de sector Nieuwpoort en waren gespaard gebleven van het bloedbad in de Champagne. De 1e, 2e, 51e en 162e divisions d'infanterie waren speciaal teruggetrokken van Chemin des Dames. Bovendien speelden de laatstgenoemde een thuiswedstrijd. Ze bestonden uit voornamelijk Vlaamse regimenten die rekruteerden in de regio van Kamerrijk, Atrecht, Sint-Omaars, Duinkerken, Bethune, Rijsel en Valencijn.

Autochrome General Anthoine 11 septembre 1917 Musee Albert Kahn© Musée Albert Kahn
Generaal Anthoine, 11 september 1917.

'Dans les Flandres'

Terwijl de zomer volop leek door te breken, installeerde Anthoine zijn staf zich midden juni 1917 in Rekspoede op de Frans-Belgische grens. Het hoofdkwartier in het gemeentepark was omzoomd door lindebomen en platanen. Het waren warme, zonnige dagen. Het zonlicht speelde door de bladeren en slechts hier en daar trok de schaduw van een wolk over de velden. Er heerste haast een vakantiegevoel bij de staf, een gevoel dat in schril contrast stond met wat komen ging.

Terwijl de staf hun intrek nam in Rekspoede, betrokken de troepen kantonnementen in dorpjes met luisterrijke namen als Killem, Warrem, Kwaadieper of Krochte. Hun stellingen, een dertigtal kilometer oostelijker, bestreken een front van 6,7 km van Noordschote tot Boezinge. Het aanvalsfront tijdens het offensief zou maximaal 2,45 km breed zijn. Op dit smalle front stonden maar liefst 893 kanonslopen gericht, waaronder een twintigtal stukken treingeschut om bunkers uit te schakelen. Maar liefst één kanon voor iedere 2,5 m front.

Aan de andere kant, ineengedoken onder de dreiging van honderden vuurmonden lagen troepen van de 19. Landwehr-Division. Het waren vooral Saksen. Mannen met gezinnen. Twee derde van hen was ouder dan 40 jaar. Ze werden geruggesteund door de Pruisische 80. Reserve-Division.

Piece de 320 et son convoi sur rail inscription cyclone sur le canon immatricule ALGP 32 9 P 3038© Ministère de la Culture
Dit prehistorische ogende monster is een 320 mm stuk Frans treingeschut in Vlaanderen, 5 september 1917.

De artillerie zou moeite hebben met het lokaliseren van de grijsaards. De Duitse linies waren dun bemand en konden schuilen in een ongekende hoeveelheid bunkers uitgestrooid in en tussen de linies. In hun kleine sector alleen al identificeerden de Fransen een honderdtal bunkers. Naar schatting nog eens zoveel versterkte posities lagen verholen in de plooien van het land. Deze zouden pas gelokaliseerd kunnen worden eens ze het vuur openden.

Een logistiek chef-d'œuvre

Onze site maakt gebruik van cookies, lees hier meer.